
Welkom in de waterwereld van Utrecht
Het leefgebied van de paling, zoetwaterspons, snoek, baars, zwanenmossel, winde, libelle, rivierkreeft en nog veel meer planten en dieren. Een natuurgebied op en onder water, dat bruist van leven. Het is hier eten of gegeten worden.
In en op de grachten en singels van Utrecht leven veel verschillende planten en dieren. Deze kan je onder andere tegenkomen als je kopje onder gaat:
Paling
De vis die als 10 centimeter lang aaltje ons land binnen zwemt en als ruim een meter lange vis weer terug zwemt naar de andere kant van de wereld om zich voort te planten. De opruimer van het water die het liefst rivierkreeften en (dode) vissen eet. We hebben het over de paling. Een trotse bewoner van ons Utrechtse water.
Snoek
De snoek kan wel 140 centimeter groot worden! Deze grote roofvis legt als één van de eerste vissen eitjes in het voorjaar. Tegen de tijd dat andere vissoorten uit het ei kruipen, is het jonge snoekje groot genoeg om zich met deze visjes te voeden. Ze houden van helder en plantenrijk water.
Aalscholver
De aalscholver lijkt een zwarte vogel, maar als je goed kijkt zijn ze eigenlijk diep bronsgroen met een klein zwart randje. Wil je een aalscholver spotten in onze stad? In het voorjaar kan je ze vinden bij de Weerdsluis waar veel vissen wachten op een doorgang bij de Visdeurbel. De vissen hebben hier weinig plek in het water om te schuilen en zo jaagt de aalscholver zijn maaltijd bij elkaar.
Baars
Deze vis behoort tot de meest voorkomende vissensoort in Nederland en komt ook veel voor in de wateren van Utrecht. Echte rovertjes zijn het! Ze zijn gestreept en hebben opvallende rode vinnen. Deze vissen worden maximaal 50 centimeter en eten soms vissen die bijna even groot zijn als zijzelf.
Watervlooien
In het voorjaar kan het water plots heel helder zijn. Watervlooien beginnen dan massaal te groeien. Ze filteren met elkaar al het water en eten daarmee zwevende algjes op. Maar dan komen de (jonge) visjes die zich te goed doen aan al deze lekkere vlooien. Waardoor na een paar weken het water weer in helderheid afneemt.
Winde
De winde is een trekvis die wel 100 kilometer ver zwemt, dwars door de Utrechtse grachten. Het is een schuwe vis, maar op warme zomeravonden kan je ze zien jagen aan het oppervlak. Waarbij ze muggen en andere insecten van de waterspiegel plukken.
Libelle
Libellen zijn insecten en uitstekende vliegers. Deze kleine 'helikoptertjes' hebben water en waterplanten nodig om te kunnen leven. Ze zetten hun eitjes af in het water. De larven leven één of meerdere jaren onder water tussen de waterplanten. Dan klimmen ze via een waterplant naar boven om een volwassen libelle te worden. Ze eten onder andere muggen en vliegen.
Fuut
De fuut is te herkennen aan zijn felrode ogen. Op de gracht bouwt hij zijn nestje waar ie gemiddeld drie tot vier eieren legt. De fuut jaagt onderwater op visjes en blijft dan tot wel een minuut onder water. Als je geluk hebt, kun je ze in het vroege voorjaar zien dansen op het water, wanneer een koppeltje zich klaarmaakt voor het broedseizoen.

De otter, ijsvogel of bittervoorn terug in ons Utrechtse water
Waterplanten zijn de ‘bomen’ van het water; ze maken zuurstof en bieden plekjes om tussen te verstoppen en voedsel te vinden. Veel dieren die op en in het water leven, hebben schoon water vol met planten nodig om te (over)leven. Als we samen zorgen voor schoon en gezond water zouden er veel meer dieren in ons water kunnen leven. En dat is weer goed voor de biodiversiteit en ons ecosysteem.
Bittervoorn
Dit is een klein visje dat tussen de waterplanten leeft. De Bittervoorn legt haar eitjes in het Utrechtse water in de kieuwholte van een zwanenmossel! Daar worden de eitjes continu voorzien van vers en zuurstofrijk water. De kleine visjes leven nog even in en rond de mossel voor ze uitzwemmen. De larfjes van de zwanenmossel leven op hun beurt tijdelijk in de kieuw van een vis.
IJsvogel
Deze blauwe flits is één van de meest kleurrijke vogels die in Nederland leven. Als een pijl uit een boog schiet dit vogeltje vanaf een overhangende tak het water in, om visjes te vangen. IJsvogels houden helemaal niet van ijs; de naam is ontstaan omdat mensen de ijsvogel vooral zagen wanneer er ijs lag. Wanneer het vogeltje op zoek was naar een open visstek.
Otter
Deze water acrobaat is de grootste marterachtige die in Nederland leeft. Met grote zwemvliezen en lange staart jaagt de otter pijlsnel onder water op vissen en kreeftjes. Het is een schuw dier, maar met voldoende water- en oeverplanten komt hij voor tot in de stad.
